Gaat het om belangrijke beslissingen, als een langdurige rustkuur, operatie enz., dan is het gewone lichamelijke onderzoek niet meer voldoende, en moet dit worden uitgebreid.
Allereerst komt dan het maaghevelen in aanmerking. Een gummislang, de maagsonde, wordt door keel en slokdarm in de maag gebracht. Door braakbewegingen, eventueel door aanzuigen met een gummiballon, komt de maaginhoud door de slang naar buiten en kan onderzocht worden. Dit hevelen geschiedt (a) nuchter, vnl. om na te gaan of de maag zich tijdig ontledigt. In gevallen, waar de uitgang van de maag door kramp der spieren of door litteekenweefsel vernauwd is (pylorusstenose), zijn de bewegingen van den maagwand vaak niet voldoende krachtig om het voedsel in den normalen tijd uit te drijven; er treedt retentie op. Dan wordt (b) na een bepaalden maaltijd de maag uitgeheveld. Wanneer voedsel in de maag komt, wordt door de klieren van den maagwand maagsap afgescheiden, dat kan worden onderzocht. Door een dunne slang geruimen tijd in de maag te laten en met regelmatige tusschenpoozen een gedeelte van den maaginhoud uit te hevelen, is het mogelijk een indruk te krijgen van den graad en den duur der maagsap-secretie (gefractionneerd maaghevelen). Behalve bij maagziekten kunnen deze gegevens ook van belang zijn bij darmziekten en bij ziekten van het bloed.
Het röntgenonderzoek der maag heeft weer een geheel ander doel. Op het röntgenscherm kan men de bewegingen en den vorm van de maag bezien, als deze gevuld is met een voor röntgenstralen niet doorgankelijke stof (meestal een baryum-bevattende pap).
Men kan ten slotte de maag van binnen bezien. De gastroscoop is een buigbaar, op een maagsonde gelijkend instrument, dat in de maag kan worden gebracht en waardoorheen men het slijmvlies der maag kan bezien.
Dikwijls is bij → maagziekten (zweer, kanker, ontsteking) het slijmvlies beschadigd en treedt gemakkelijk bloeding op. Groote hoeveelheden zijn gemakkelijk zonder meer waar te nemen; heel geringe hoeveelheden in de ontlasting kunnen door middel van chemische proeven worden aangetoond. v. Balen.