Kanunnik te Mainz en Würzburg, sinds 1352 aartsbisschop van Bamberg. ✝ 1363. Invloedrijk publicist der partij van Lodewijk van Beieren, die echter in zijn talrijke politiek-theologische geschriften tracht de extreme imperialistische en theocratische standpunten met elkaar te verzoenen. Door zijn gematigdheid kwam hij nooit in openlijke botsing met den paus.
Voornaamste werk: Tractatus de juribus regni et imperii Romanorum (ed. Simond Schard; Sylloge historico-politico-ecclesiastica, Straatsburg 1618). In tegenstelling met Marsilius van Padua erkent hij de souvereiniteit van den paus op kerkelijk gebied.
De keizer ontleent wel zijn keizerlijke macht, die zich in theorie over de geheele wereld uitstrekt, aan den paus, maar zijn koninklijke macht over alle domeinen, die reëel tot het Rijk behooren, berust op de volkssouvereiniteit, die zich uit door de stem van de keurvorsten.Lit.: Adam Senger, Lupold v. B. (Bamberg 1905); Dict. de théol. Cath. (IX, kol. 1145). H. Wouters.