Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Loja

betekenis & definitie

1° Stad in de Spaansche prov. Granada (37° 10' N., 4° 9' W.), in het doorbraakdal van de Genil; ca. 22 000 inw. (Kath.). Doeken, zijde, leer en papier.

2° Provincie in de rep. Ecuador, ca. 2000 m hoog gelegen, stroomgebied van de Rio Zamora; een vruchtbaar gebied met landbouw en veeteelt; opp. 9600 km2; ca. 148 000 inw. (Kath.).
3° Hoofdstad van de gelijknamige prov., gelegen aan de Rio Zamora, 2220 m boven zeespiegel; ca. 15 000 inw. (Kath.). Vsch. spoorwegverbindingen; industrie.
4° Het bisdom L., 1866 gesticht, suffr. van Quito, telt ca. 150 000 Kath. (1926).

Zuylen.

< >