1° João de, Portugeesch dichter uit de laatste helft der 13e e., van wien in de Cancioneiro Colocci-Brancuti een gracieus vers met het keerrijm „Leonoreta, fin roseta” bewaard gebleven is. Omdat het vers met eenige kleine wijzigingen in den Amadisroman opgenomen is, wordt aan hem wel eens met meer recht dan aan zijn zoon Vasco het auteurschap van den Amadis-roman toegeschreven.
Lit.: C. Michaelis de Vasconcellos, Cancioneiro de Ajuda (1904).
2° Vasco de, Portug. dichter, zoon van 1°; laatste helft 14e eeuw, op het slagveld van Aljubarrota in 1385 tot ridder geslagen; aan hem wordt, waarsch. wel ten onrechte, de Amadis-ridderroman toegeschreven.
Terlingen.