Een truffe (beuzelarij) van Lenvale wordt door van Maerlant vermeld (Sp. hist. I prol., echter als variant ook Partzevale), waarmee misschien bedoeld is een Mnl. bewerking van de Lai de Lanval, van Maxie de France, over de liefde van Lanval voor een fee, waarin het Keltisch motief van het ongeoorloofde liefdesaanbod door Arthur’s vrouw de tragische verwikkeling brengt. Doch de naam Lanvale komt nog elders voor; Lijnvael of Leyvale in Mnl. romans (Ridder metter Mouwen, Ferguut).
V. Mierlo.