1° Badische stad aan het Bodenmeer, tusschen Ober- en Unter-See (IX 576 C5); ca. 33 500 inw., waarvan 73 % Kath. en 21,4 % Prot. Oorspronkelijk een Rom. vesting. In de 13e eeuw kreeg K. stadsrechten.
Bezienswaardigheden zijn de Münster, het Kaufhaus, het Inselkloster van de Dominicanen. Badplaats; watersport.Konstanz was oorspronkelijk een verzameling paalwoningen; daarna een nederzetting der Romeinen; 1192 tot Duitsche rijksstad verheven. Het kwam 1548 aan Oostenrijk en 1805 aan Baden.
Te K. kwam 23 Maart 1474 de groote alliantie tegen → Karel den Stouten tot stand, waaraan Sigismond van Oostenrijk, de markgraaf van Baden, de bisschoppen van Bazel en Straatsburg, de stad Bazel, de vijf steden in den Elzas en de Zwitsersche kantons onder garantie van Lodewijk XI deelnamen.
Concilie van Konstanz (1414-’18). Om een einde te maken aan de verwarring van het → Westersche Schisma, kwam, vooral door de bemoeiing van keizer Sigismund, de 16e algemeene kerkvergadering te K. bijeen. Door de groote deelname, ook van lagere geestelijken en wereldlijke heeren, had de bijeenkomst het karakter van een Europeesch congres. Aanvankelijk onwettig, wijl door geen wettigen paus erkend, is het concilie van K. oecumenisch van de 42e tot de 45e zitting, waarbij de wettige paus Martinus V voorzat. De overige uitspraken dezer vergadering zijn nooit door de pausen bekrachtigd. In zijn eerste zittingen proclameerde het concilie de ondergeschiktheid van den paus aan de algemeene kerkvergadering (→ Conciliaire theorie). De eenheid werd hersteld door de keuze van Martinus V; de ketterij bestreden door de veroordeeling van de leer van → Wiclef en → Hus en de terechtstelling van dezen laatste; over hervorming in hoofd en leden werden decreten uitgevaardigd, doch deels door onwil, deels door onmacht der betrokkenen kwamen die niet tot uitvoering, zoodat van de zoo noodige voorziening inliet verval van het godsdienstig leven weinig terecht kwam.
Lit.: Finke, Forschungen u. Quellen z. Gesch. des Konstanzer Konzils (1889); idem, Acta Concilii Constantiensis (4 dln. 1896-1928) ; Hefele-Leclercq, Hist. des Conciles (VII, I); Salembier, Le grand Schisme d’Occident (51921). Gorris
2° Het bisdom Konstanz ontstond in 550 door verlegging van den zetel van Windisch (Aargau); aanvankelijk was het suffragaan van Besancon, doch sedert St. Bonifatius ressorteerde het onder Mainz. K. was het grootste Duitsche bisdom. Ten gevolge der Reformatie verloor het aan beteekenis en werd do residentie verlegd naar het aan den overkant van het meer gelegen Meersburg (1526-1803). De laatste generaal-vicaris, I. von Wessenberg, was voor een groot deel schuld, dat het oude bisdom ophield te bestaan en in gedeelten werd toegedeeld aan Zwitserland (1814), Beieren en Wurttemberg (1817) en aan het 1821 nieuw opgerichte bisdom Freiburg i. Br. Th. Heijman
3° Meer van Konstanz, ook genaamd → Bodenmeer.