(Tinea biseliella), kleine vlinder, die over de geheele wereld voorkomt en behoort tot de familie der Tineidae of motten. De vlucht bedraagt ca. 15 mm, de voorvleugels zijn geel en glanzend met donkere stippen, de achtervleugels grijs. Het wijfje legt een zestigtal eieren op wollen stoffen, bont e.d.; hieruit komen na 2-3 weken rupsjes te voorschijn, de al vretende gangen boren in de aangetaste stoffen.
Omdat deze bestaan uit hoornstoffen, bezit de larve der k. een geheel bijzondere spijsvertering, waardoor het voedsel wordt gesplitst in oplosbare stoffen, waarbij dan tevens het water vrijkomt, dat het dier noodig heeft. Ten slotte verpoppen de rupsjes in kleine zakjes, die door stoffen uit de omgeving zijn gevormd. In Europa en NoordAmerika volgen gemiddeld twee generaties elkaar jaarlijks op.
De larven kunnen groote schade aanrichten ; bestrijding door geregeld uitkloppen der stoffen.M. Bruna.