Deze kroniek van 1499 is voor Nederland vooral van belang, omdat er een passage in voorkomt, welke inzake de uitvinding van de boekdrukkunst van Holland spreekt. De ingewikkelde kwestie, of de eer der uitvinding aan Gutenberg toekomt, dan wel dat de Hollandsche voorbeelden de grondslag zijn geweest, waarop de Duitscher voortbouwde, heeft hier de oudste getuigenis, die ons ten dienste staat. Deze is afkomstig van den eersten drukker te Keulen, Ulrich Zeil; de bewoordingen zijn echter zoodanig, dat een scherp omlijnde voorstelling van den gang van zaken er moeilijk uit te verkrijgen valt.
Wel spreekt Zeil van een „Vorbyldung” in Holland, en van die uit, zegt hij, is de Duitsche manier „ye lenger ye mere kunstlicher” geworden. Poortenaar Lit.: Poortenaar, Boekkunst en Grafiek.