Kawah

betekenis & definitie

In de inheemsche talen van Java, Sumatra, Bali enz. gebruikelijk woord voor een grooten ijzeren of steenen pot, bijv. voor het uitkoken van suikerriet. Vandaar ook het woord voor krater, en als zoodanig voorkomende voor de eigennamen van kraters op Java. Daar in bovengenoemde eilanden veelvuldig de voorstelling wordt aangetroffen, dat de zielen van overleden zondaars tot straf voor hun misdaden in een grooten ketel gekookt worden, is k. ook een woord geworden voor hel; men spreekt op Java ook van kawah tjondro-di-moeko, uit Sanskrit tamragomoekha, de koperen koeienkop, een andere folterplaats der doode zondaars. Berg.