Hofmeier. * ca. 688, ✝ 741. K. onderwierp vsch. Germaansche stammen (Friezen, Saksen, Beieren) en vestigde zijn macht over het geheele rijk van de Franken.
Zijn houding t.o.v. de Kerk is niet altijd juist geweest: zoo confiskeerde hij vele kerkelijke goederen. Niettemin heeft hij ook groote verdiensten vooral door de ondersteuning van de missionarissen (S. Willibrordus en Bonifatius).
Paus Gregorius III riep in 738 zijn hulp in tegen de Longobarden; wegens zijn strijd tegen de Saracenen kon Karel deze niet geven. Zijn meest beroemde en verdienstelijke daad is de slag bij Poitiers (732), waar hij de Saracenen terugsloeg en Europa voor den Islam beveiligde.Lit.: Hauck, Kirchengeschichte Deutschlands (I Leipzig 21898); Schnürer, Die Anfange der abendländischer Völkergemeinschaft (Freiburgi. B. 1932). Sloots