Fransch historicus. * 21 Aug. 1798 te Parijs, ✝ 9 Febr. 1874 te Hyères. Hij werd maître de conférences aan de Ecole normale (1827) en prof. aan het Collège de France (1838) (in 1851 door Napoleon III afgezet); hoofd van de hist. afdeeling der Archives nationales (1830-’52). Hij wierp zich in den strijd tegen de conservatieve begrippen.
Zijn schriften en zijn onderwijs oefenden een geweldigen invloed op zijn tijdgenooten; als historicus muntte hij uit door een merkwaardige kracht om het verleden te doen herleven; maar vaak werd hij door zijn liberale gedachten en driften misleid. Werken: o.a. Hist. romaine (2 dia. 1831, 41876); Hist. de France jusqu’au 16e siècle (12 dln. 1833-’46, *1909): Des jésuites (1843, 21879); Hist. de la revolution française (7 dln. 1847, 71925); Oeuvres compl. 40 dln 1893-’99).Lit.: G. Monod, M. (1898, 1922); Harmand, M. (1930); H. P. Thieme, Bibliogr. de la litt. fr 1933, 314; met volledige bibliogr. en lit.).
Willaert