Grondlegger van de Klassieke studiën in Duitschland. * 22 Febr. 1455 te Pforzheim, ✝ 22 Juni 1522 te Tübingen. Hij studeerde in Parijs, Bazel en Italië, leerde grondig Grieksch, verzorgde schooluitgaven van Xenophon, Aeschines en Demosthenes, en stelde voor de lectuur der Latijnsche schrijvers zijn Vocabularius breviloquus samen (1504).
Als goed kenner van het Hebreeuwsch mengde hij zich dapper in den strijd over het al of niet bewaren der Joodsche boeken, bij welke gelegenheid de tegenstanders van R. door Ulrich von Hutten en Rubianus in een felle satire (➝ Epistolae obscurorum virorum) duchtig bespot werden.E. De Waele.