Redemptorist, hagiograaf en Marioloog. * 22 September 1853 te Zutphen; werd geprofest 1873, priester gewijd 1877, langen tijd directeur van het klein-seminarie zijner Congregatie te Roermond, meermalen rector en tweemaal provinciaal. Vooral bekend om zijn geschiedwerken: Neerlands Heiligen en Maria ’s Heerlijkheid in Ned. (zie onder, sub Werken), populair van vorm, maar berustend op uitgebreide en diepgaande bronnenstudie.
Werken: o.a. Neerlands Heiligen (10 dln., eerst verschenen in het door hem 1880 gestichte maandschrift „De Volksmissionaris”, waarin ook talrijke art. van zijn hand); Leven van den H. Gerardus Majella (4 uitgaven); De H. Alfonsus M. de Lig. (2 dln. 1901); De Eerbiedw. Dienaar Gods, Petrus Donders (1925, vert. in het Fr., Duitsch, Eng., Ital.); De Zusters v. Liefde van O.L.
Vr. Moeder v. Barmh. (1922); Maria’s Heerlijkheid in Ned. (8 dln. 1904-’14). Mosmans.