of Chopinel van Meung, zooals hij in andere handschriften genoemd wordt, voortzetter (ca. 1275-’80) van den door Guillaume de Lorris begonnen Roman de la Rosé. Is het eerste deel nog een kunst van hoofsche minne, het tweede, nuchter geleerd, van iemand, die zijn verhaal gebruikt om zijn encyclopaedische wetenschap ten toon te spreiden, wordt een leer van de liefde, zooals ze werkelijk is, een natuurkracht, waarin geheel het sentimenteel paleis der hoofsche minnepoëzie in zijn grondvesten ondermijnd wordt.
Overigens een stout, cynisch denker, een Renaissance-man reeds om zijn begrip van de Oudheid en zijn onafhankelijken geest. Hij is „le Voltaire du moyen âge” genoemd geworden.V. Mierlo.