Grondlegger van de plantenziektenkundige wetenschap en organisator van het staatstoezicht op plantenziekten en van het onderwijs in de phytopathologie. * 1850 te Groningen, † 1925 te Wageningen. Werd in 1873 leeraar te Wageningen, 1895 buitengewoon hoogleeraar te Amsterdam, 1905 hoogleeraar te Wageningen en in 1906 eerste directeur van het phytopathologisch laboratorium aldaar.
Werken: o.a. Tierische Schädlinge und Nützlinge (1891); Landbouwdierkunde; Ziekten en beschadigingen der landbouwgewassen en der ooftboomen.