Interne financiering of zelffinanciering is een voorziening in kapitaalbehoeften door in de onderneming zelf gevormd kapitaal. De i. f. voltrekt zich door inhouding van gemaakte winst, gewoonlijk alleen van overwinst, d.w.z. de winst, welke overblijft, nadat een bescheiden dividend is uitgekeerd.
Meestal geschiedt het inhouden van winst slechts voor een gering deel openlijk en gaat dus gepaard met het vormen van geheime reserves, die niet of niet duidelijk uit de balans blijken. Het wegwerken van interne kapitaalvorming brengt echter het gevaar mee, dat de kapitaalsinvestatie ook bij kostprijscalculatie en resultatenrekening uit het oog wordt verloren en zoodoende besloten wordt tot uitbreidingen, welke, bedrijfseconomisch beschouwd, niet zijn verantwoord.I. f. wijst op een zelfstandig karakter der onderneming; regelmatige inhouding van overwinst is voor een tot een zelfstandig organisme gegroeide onderneming vanzelfsprekend, daar de tendenz tot expansie nieuwe kapitaalbehoeften wekt.
I. f. in plaats van kapitaalopname op de kapitaalmarkt geschiedt vooral, indien de kapitaalmarkt algemeen moeilijkheden ondervindt (bijv. in Duitschland na den Wereldoorlog); of indien de betreffende onderneming geen toegang heeft tot de kapitaalmarkt. Dit laatste komt o.a. voor bij kleine ondernemingen, wier leeningen niet ter beurze kunnen worden genoteerd; bij ondernemingen, die een nieuw product vervaardigen of volgens een nieuw procédé werken en daarom te risquant worden geacht; bij ondernemingen, waarvan de aandeelen onder pari noteeren, terwijl reorganisatie bezwaarlijk wordt geacht, enz.
Ook het belastingstelsel kan i. f. bevorderen, bijv. in Ned., waar tot uitkeering gebrachte winst onderhevig is aan dividenden inkomstenbelasting, terwijl ingehouden winst belastingvrij is. v. Waes.