Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Hazardspel

betekenis & definitie

Hazardspel - Ned. Hieronder wordt verstaan, vlg. art. 254 bis Ned.

W. v. Str., elk spel, waarbij in het algemeen de kans op winst van het toeval afhangt, ook wanneer die kans toeneemt met de meerdere geoefendheid of grootere behendigheid van den speler.

Verder zijn onder h. begrepen alle kansovereenkomsten over den uitslag van wedstrijden of verdere spelen, welke niet tusschen hen, die daar aan deelnemen, zijn gesloten, zoomede alle weddenschappen. De in art. 254 bis sub 1 en 2 strafbaar gestelde handelingen hebben betrekking op degenen, die gelegenheid geven tot h., terwijl de bepaling sub 3 zich richt tegen den beroepsspeler.

Verder bedreigt art. 457 nog met straf dengene, die gebruik maakt van een gelegenheid tot h., welke in strijd met de bepalingen van art. 254 bis is open gesteld. Bosch van Oud-Amelisweerd Ook het Belg. Recht verstaat onder h. elk spel, waarbij de winst in hoofdzaak van het toeval afhangt.

De wet straft hen, die een huis van h. houden, en al degenen, die er eenigen dienst presteeren (art. 305 S.W.B.). Het aanleggen of het houden van h. op straat, wegen, pleinen of openbare plaatsen is een eenvoudige overtreding (art. 557 , 3°, S.W.B.).

Van vervolging wordt thans (1935) practisch geen gebruik gemaakt voor de gecontroleerde h., die plaats hebben in sommige lokalen te Oostende, te Spa en in enkele andere plaatsen. Collin

< >