Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Harris (naam)

betekenis & definitie

Harris (naam) - 1° Frank, Amer. schrijver en biograaf; * 14 Febr. 1856 te Galway (Ierland), ✝ 26 Aug. 1931 te Nice. Studeerde aan de Kansasuniv. en aan meerdere univ. in Europa; in 1870 naar Amerika, genaturaliseerd; leider van „The Evening News”, „Forthnightly Review”.

Vooral zijn portretten van beroemde mannen, in brillanten stijl geschreven, en vol interessante, soms gewaagde details brachten hem een groote vermaardheid.Voorn. werken: romans: The Bomb (1908); Great Days (1914); short-stories: Montes the Matador (1900); biographisch en critisch werk: The Man Shakespeare (1909); The Women of Shakespeare (1911); Contomporary Portraits (1915-’23); Oscar Wilde (1916); Latest Contemporary Portraits (1927). J. Panhuijsen

2° James, eerste graaf van Malmesbury, gezant van Engeland in de Rep. der Ver. Ned.; * 1746, ✝ 1820. H. vertrok in het najaar van 1766 als student naar Leiden, waar hij de Ned. taal leerde. Maakte 1767 reizen door Holland, Pruisen, Polen en Frankrijk, was als diplomaat werkzaam te Madrid, Berlijn en Petersburg, werd April 1783 tot gezant in Den Haag benoemd, maar aanvaardde als gevolg van binnenl. politieke verwikkelingen in Eng. deze functie eerst in Dec. 1784. In Den Haag koos hij partij voor Oranje en speelde, dank zij zijn bekwaamheden, een belangrijke rol tijdens de patriottische woelingen. J. D. M. Cornelissen

3° Joel Chandler, Amer. schrijver; * 9 Dec. 1848 te Catonton (Georgia), ✝ Juli 1908 te Atlanta (Georgia). Zijn romans en verhalen zijn meestal van een ernstige strekking, doortogen van gemoedelijken humor.

Voorn. werken: Uncle Remus (1880); Balaam and his Master (1891); Uncle Remus and his friends (1892); The Chronicles of Aunt Minerve Ann (1899).

4° J. Rendel, → Rendel Harris.

< >