Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Guerilla

betekenis & definitie

Guerilla - = kleine oorlog; omvat oorlogshandelingen, die, naast de op een beslissing gerichte handelingen, worden ondernomen om den tegenstander in rug en flank zooveel mogelijk afbreuk te doen. De g. is meer van tactischen dan van strategischen aard.

Behalve als nevenoorlogshandeling kan de g. ook als hoofdstrijdwijze voorkomen, bijv. wanneer een der tegenstanders niet in staat is in het open veld weerstand te bieden. Het terrein moet zich door zijn karakter voor het voeren van de g. leenen en vooral de mogelijkheid verschaffen zich snel van den vijand los te maken en elders weer op te duiken.

Guéridon, stijl Louis XIV. Het eigenaardig karakter van de g. zetelt in de groote mate van zelfstandigheid en beweeglijkheid der afdeelingen, die, zich richtende naar een in alg. zin gestelde opdracht of wel geheel op eigen hand optredende, tactisch vrij zijn in de keuze der middelen ter bereiking van het doel.

De g. leent zich bij uitstek voor het optreden van partijgangers (vrijscharen). Frederik de Groote ondervond in Bohemen en nog meer Napoleon in Spanje de kracht van de g.

Ook de Eng. hebben in den Transvaaloorlog (18991902) van den guerilla-oorlog der Boeren veel last ondervonden. A. Lohmeijer

< >