Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-07-2019

Groote gezinnen

betekenis & definitie

Groote gezinnen - relatief begrip in den volksmond. Rekening houdende met het gemiddelde kinderaantal per gezin (in Europa hebben ca. 68% der gezinnen één of twee kinderen of zijn kinderloos), met locale systemen van kindertoeslagen (boven het derde kind), en de heerschende opvattingen in België en Frankrijk (Bond van Kroostrijke gezinnen in België, welks leden minstens vier kinderen hebben; La plus Grande Familie, in Frankrijk, leden hebben vijf of meer kinderen), zou men gezinnen met vier en meer kinderen reeds onder de g. g. kunnen rekenen.

Herman Muckermann, in Gestaltung der Lebenslage (Kind und Volk, II Freiburg 1924), onderscheidt:

1° „Die Naturtreue Normalfamilie”, gebaseerd op eerbiediging van de natuurwetten,
2° en 3° „die unnatürliche Groszfamilie” und „die unnatürliche Zwergfamilie”, welke ontstaan door te vroegtijdig, of te laat huwen, door overtreding der natuurwetten, biologische afwijking, enz. Vlg. Muckermann telt de „Normalfamilie” van zeven tot dertien kinderen!

De encycliek Casti Connubii wijst met aanhaling van Rerum Novarum op den plicht, om in de burgerlijke maatschappij dusdanige economische en sociale toestanden te scheppen, dat alle huisvaders voor zichzelf en voor hun gezin de noodzakelijke levensbehoeften in hun stand kunnen verkrijgen. Als middelen van steun noemt de paus de particuliere zorg (vereenigingen) en het optreden van het staatsbestuur (woningen, arbeid, levensmiddelen). Quadragesimo Anno prijst de pogingen, om het arbeidsloon in evenredigheid te brengen met de gezinslasten.

Als grondslagen voor de actie ter bescherming der g. g. kan men noemen:

a) rechtvaardigheid; in Ned. voeden 13% der gezinnen (van 5 en meer kinderen), alleen reeds 39% der Ned. kinderen op;
b) econ. of militaire belangen van den Staat (politiek van het Derde Rijk en van Mussolini). Maatregelen tot bescherming van de g. g. zijn belastingaftrek, kindertoeslag op de loonen, huurfondsen, woningbouw, reductie vooral op tarieven van gemeentebedrijven, spoorwegen (Frankrijk en België) en trams, op schoolgelden.

Georganiseerde actie voor de g. g. gaat in Ned. alleen uit van de Katholieken. De Ned. R.K. ➝ Bond voor G. G. (ca. 20 000 leden, veertiendaagsch orgaan „Het Gezin”) strijdt voor zuivere Christelijke huwelijksbeleving onder het Ned. volk en voor alg. maatregelen tegen Neo-Malthusianisme en tot bescherming van het gezin, in het bijz. van het g. g. Voor België, zie ➝ Bond der Kroostrijke Gezinnen; Gezinstoeslag.

Lit.: Belangrijke rapporten der R.K. Staatspartij: Het beleid der Gemeente met betrekking tot belastingen, bedrijven en soc. voorzieningen, mede in verband met de belangen der g. g. (Kropman en Keestra); Gezin en Overheid (Maenen, Romme, Moller, van der Kallen); Het Vraagstuk van den Kindertoeslag (Commissie-Romme) (alle uitg. v. d. R.K. Staatspartij, nr. 9, 10 en 12). Zie ook verslag R.K. Landelijk Congres tegen het Neo-Malthusianisme (uitg.

Ned. R.K. Bond v. G.G., Breda) en meer uitg. van dezen bond. de Boer.

< >