Gozelo I - Hertog van Neder-Lotharingen (1023-’44), broer van Godfried I van Verdun; begon een zelfstandige politiek te voeren na den dood van Hendrik II, verzoende zich met Koenraad II en kreeg (1033) ook Opper-Lotharingen er bij, waardoor de kiem gelegd werd voor den opstand van zijn zoon Godfried II met den Baard.
Lit.: Vanderkindere, Formation territ. des Prine. beiges (II Brussel 1902, passim). TV. Mulder S. J.
Gozewijn van Amstel Naam door Beka ten onrechte gegeven aan Gozewijn van Randenrode, die wel in 1249 tot bisschop van Utrecht gekozen is, maar, zonder geconsacreerd te zijn, in 1250 afstand deed. Door Beka’s vergissing ging G. eeuwenlang (o.a. in Vondel’s treurspel Gijsbrecht van Amstel) door voor een oom of neef van Gijsbrecht IV van Amstel, den medeplichtige aan den moord op Floris V. Vgl. verder → Gozewijn van Randenrode, en → Amstel (sub 5°).
Lit.: Pijnacker Hordijk, in Bijdr. v. Vad. Gesch. en Oudhk. (3e reeks, X 1899, 185); Post, Gesch. der Utr. bisschopsverkiezingen (1933, 69). Rogier Gozewijn van Randenrode Bisschop van Utrecht, 1249; zoon van Gerard van R., domdeken van Keulen en proost van S. Jan te Utrecht; werd door de kanunniken tot biss. van Utrecht gekozen en in het bezit van het diocees gesteld, hetgeen hij echter op verlangen van Innocentius IV het volgend jaar weer afstond. Vgl. → Gozewijn van Amstel.
Lit.: Pijnacker Hordijk, in Bijdr. v. vaderl. gesch. (3e reeks, X, 1899, 185). Post Léon Gozlan Fr. schrijver van romans en novellen met socialistische strekking. * 1803 te Marseille, ✝ 1866 te Parijs.
Werken: o.a. Le notaire de Chantilly (1836); Le médecin de Pecq (1839); Le plus beau rêve d’un millionnaire (1840); Le dragon rouge (1843); Aristide Froissart (1843); La familie Lambert (1857). Tooneelwerken,o.a. La main droite et la main gauche (1842).