Gompiègne - arr.-hoofdstad in het Fr. dept. Oise (49° 20' N., 2° 50' O.); 17 852 inw. (1931).
Het reusachtige slot, door de Merovingers gebouwd, is uitgebreid door Lodewijk XV en Napoleon I; het groote bosch van C. was een bekend jachtgebied. In 1430 werd Jeanne d’Arc hier gevangen genomen door de Bourgondiërs. In 1635 sloten Frankrijk en Nederland er een verdrag omtrent België; in 1768 verkocht Genua er Corsica aan Frankrijk. Napoleon I huwde hier Maria-Louise.
➝Wereld-oorlog.
Heere. Kunst.
Van de middeleeuwsche vestingwerken staat nog slechts een ronde muurtoren (tour de Jeanne d’Arc) uit de 12e eeuw. De St. Jacobskerk is een deels 13e-eeuwsch, hoofdzakelijk echter in den flamboyanten stijl der 15e eeuw opgetrokken gebouw, met een toren (15e eeuw), bekroond door een Renaissance-koepel. Ook de St.
Antoniuskerk is voornamelijk een schepping der flamboyante Gotiek, met Renaissancistische détails in het koor en vleugeldeuren in denzelfden stijl. Het raadhuis, gebouwd 1502—1510, is eveneens een flamboyant werk, waarin reeds symptomen der Renaissance; het heeft een beffroot met spits (42 m hoog), en twee moderne zijvleugels (in Renaissance-stijl); hierin bevindt zich het museum-Vivenel (meubelen, beeldhouwwerken, goudsmeedwerken enz. uit alle tijden en stijlen). Het belangrijkste gebouw te C. is het kasteel, in 1752—1786 gebouwd naar plannen van Jacques-Ange Gabriel, een complex in den vorm van een rechthoekigen driehoek, met langs de hypotenusa een groot terras, uitkomend op het park; het in fijnen Klassicistischen stijl opgetrokken bouwwerk (in den Wereldoorlog beschadigd, daarna gerestaureerd), bevat o.a. een onder Napoleon I gebouwde feestzaal, vele Empiremeubelen, en een belangrijke verzameling Vlaamsche wandtapijten (17e eeuw) en gobelins (18e eeuw).
Lit.: A. Michel, Histoire de 1’art (III 14, 19; 2IV, 496 ; 2VII, 453 ; VIII, 25).
F.Vermeulen. Zestien Carmelitessen van Compiègne martelaressen, gedood tijdens de Fransche Revolutie in 1794. In 1792 werden zij uit haar klooster verdreven, maar bleven zooveel mogelijk het kloosterlijk leven voortzetten. In haar onwetendheid hadden zij den eed op de Constitutie afgelegd, herriepen echter deze, toen zij beter ingelicht waren. Hierop werden zij gevangen genomen, naar Parijs overgebracht en ter dood veroordeeld. Met het Veni Creator op de lippen en na haar geloften vernieuwd te hebben in de handen van de priorin, Theresia van den H. Augustinus, die het laatste stierf, beklommen zij het schavot. Feestdag 24 Juli.
J. v. Rooij