Giethoorn - gern, in de prov. Overijsel; opp. 3.898 ha, ruim 2.000 inw., waarvan 41% Doopsgez. en 40% Ned.
Herv. Bodem bestaat uit laagveen, dat door vaarten en sloten doorsneden is.
Het verkeer geschiedt meest te water. G. trekt, wegens het waternet met de vele overbruggingen, veel vreemdelingen.
Naast veeteelt en hooibouw is biezensnijden middel van bestaan. In de omgeving zijn eendenkooien.