Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Gevelsteen

betekenis & definitie

Gevelsteen - behakte natuursteen in den gevel, waarin een jaartal, figuur of spreuk is gehouwen. Hendrik de Keyser hakte zoo drie tafereeltjes voor den gevel van het Huiszittenhuis te Amsterdam, voorstellende de bedoeling der Huiszitten-armen.

Ook voor den gevel van het voormalig Spinhuis te Amsterdam vervaardigde hij een g., waarbij Hooft een gedichtje schreef. Er bestaat nog heden een Vereeniging tot Behoud van Gevelsteen en.Lit.: Eigen Haard (1921); De Bouwwereld (1924); Bijdr. Op. Mus. (1924) : J. van Lennep en J. ter Gouw, De uithangteekens in verband met gesch. en volksleven beschouwd.

p. Gerlachus.

< >