Oostenrijksch-Duitsch dichter van vroeg-expressionistische richting. * 3 Febr. 1887 te Salzburg, ♱ 5 Nov. 1914 door zelfmoord te Krakau.
Voorn. werken: Gedichte (1914); Sebastian im Traum (1914); Der Herbst des Einsamen (1920). Uitg.: Die Dichtungen (1919); Keuze: Gesang des Abgeschiedenen (1933). Lit.: Ficker, Erinnerung an G. T. (1926); E. Buschbeck, G. T. (1921);
W. Ziese, Das Sinnesleben eines Dichters (1927); E. Baythal, G. T.'s Lyrik (1928).