Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Gehemeltespleet

betekenis & definitie

Gehemeltespleet - onstaat doordat een of beide gedeelten der bovenkaak niet vergroeien met het tusschenkaaksbeen, of dat de bovenkaaksbeenderen achter, waar geen tusschenkaaksbeen is, niet samengroeien. Meestal gaat dit gepaard met gespleten lip.

Een enkele maal ontbreken de beide helften van het tusschenkaaksbeen, of één ervan, of is er een onderhuidsche gehemeltespleet. Wordt in den embryonalen toestand door een of andere oorzaak de samengroeiing der oorspronkelijk losse deelen van bovenkaak- en tusschenkaakuitsteeksels, neustusschenschot of zachte gehemelte verhinderd, dan ontstaat een der vele vormen van gehemeltespleet.

De juiste oorzaak van deze verhindering is niet bekend. Dr.

J. Sanders vond, dat deze afwijking voorkomt op één van de duizend geboorten.

Van de aldus geborenen zijn 63% jongens en 37% meisjes. De spraakstoornis is zeer groot, want alle stemhebbende klanken hebben een te veel aan neusresonance.

De orale medeklinkers worden in den regel alle verkeerd gevormd, zoodat het spreken onverstaanbaar is. Ook treden er dikwijls gehoordefecten op.

De gehemeltespleet is tevens nadeelig voor de gezondheid: bij hazenlip is het zuigen moeilijk en door de opening in de lippen komen koude luchtstof en bacteriën naar binnen, waardoor dikwijls ziekten in de luchtwegen ontstaan. Het sterftecijfer is dan ook zeer hoog.Deze groote orgaanfout kan op twee manieren verholpen worden: door chirurgische hechting van de spleet en door sluiting door middel van een prothese, een zgn. ➝ obturator.

< >