Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Geep (Belone vuigaris)

betekenis & definitie

Geep (Belone vuigaris), - visch uit de fam. der Geepachtigen (Scombresocidae). Lichaam slank, aalvormig ; zijden min of meer afgeplat.

Kaken snavelachtig uitgegroeid. Rug zwartgroen, buik zilverwit.

Komt in vrijwel alle Europ. randzeeën voor; in het voorjaar in dichte scholen op de Ned. kusten, waar o.a. op de wiervelden der Waddenzee eieren worden gelegd. Als voedsel (vangst op de Oosterschelde, aanvoer te Bergen op Zoom) weinig in tel.

Gezouten gebruikt als aas voor de beugvisscherij (vangst bij Den Helder).

< >