Natuurkundige. * 14 Oct. 1840 te Rinteln a. d. Weser, ✝ 17 Jan. 1910 te Marburg. Zoon van Rudolph K., eveneens physicus.
Na professoraat o.a. in Zürich, Würzburg en Straatsburg werd hij in 1895 president van de Physikalisch Technische Reichsanstalt. Hij verrichtte onderzoekingen over het geleidingsvermogen van electrolyten, bedacht een sinusinductor, een totaalreflectometer voor bepaling van den optischen brekingsindex. Hij voerde als eerste het natuurkundig practicum voor studenten in te Göttingen.
Zijn Handbuch der praktischen Physik is nog steeds een zeer verbreid leerboek. J. v. Santen.