Vlaamsch schilder en houtsnijder. * 30 Juli 1889 te Blankenberge. Maakte vooral opgang door zijn series houtsneden tijdens en na den oorlog, waarin een vlammend sociaal protest waarneembaar is, protest tegen den oorlogsgeest en tegen alle maatschappelijk onrecht. Een goede vertegenwoordiging van den humanitairen geest, die zich internationaal na den Wereldoorlog baan brak.
Zijn houtsneden zijn zeer direct en expressionistisch van werking, ze zijn gestoken in groote vlakken, met simpele tegenstelling van zwart en wit, zoodat ze verwijderd blijven van al wat op fijnere houtgravure lijkt. De titels van zijn boeken met houtsneden zijn de volgende: Debout les morts (1917); 25 Images de la Passion (1918); Mon livre d’heures (1919); Histoire sans paroles; La ville (1925); Oeuvre (1928). Hij illustreerde Charles de Coster, Verhaeren en novellen van Stefan Zweig.
Vooral in Duitschland onder de republiek van Weiinar vonden zijn bladen groote verspreiding.Zie afb. bij Doodendans en pl. bij → Houtsnede.
Lit.: A. Holitscher en Stefan Zweig (1923); Cataloog. Engelman