is een van de methoden om uit een gas of vloeistof daarin zwevende vaste of vloeibare deeltjes af te zonderen. Andere methoden zijn centrifugeeren, laten bezinken, klaren en afschuimen.
F. bestaat hierin, dat men het mengsel van vaste stof en vloeistof (tot welk geval wij ons beperken) een laag stof, het filtermateriaal, laat passeeren, welke de vaste stof tegenhoudt en de vloeistof doorlaat. Het filtermateriaal kan men in drie groepen verdeelen: 1° losse korrels, welke op een onderlaag rustend een filterbed vormen (zand- en koolfilters); 2° lagen van vezelig materiaal (papier, doek, vilt, asbest); 3° platen en andere vormlichamen van poreuze stof (ongeglazuurd ceramisch materiaal, samengesinterd glas).
Filters van de eerste groep vinden vooral toepassing bij de zuivering van drinkwater. In het laboratorium worden die van de tweede groep het meest gebruikt, vnl. papieren filters.
Dit filtreer papier is steeds een kort, vezelig, uit zuivere cellulose bestaand papier, dat bij voorkeur door vorst gedroogd is, waardoor de cellen van de vezel stuk springen, zoodat het papier zeer poreus wordt. De beste, zgn. quantitatieve soorten, zijn met zoutzuur en fluoorwaterstofzuur gewasschen, om het asch-gehalte te verminderen.
Zuren moeten door asbest gefiltreerd worden. Den laatsten tijd is dit echter steeds meer verdrongen door filtermaterialen van de derde groep, nl. door zgn. glasfilters; dat zijn plaatjes samengesinterd glas. in een buis met steel, ingesmolten (fig. 1).
Andere filters van deze groep zijn de filterkaarsen (fig.2)van poreus aardewerk, welke vooral in de microbiologie gebruikt worden.Het f. geschiedt in het laboratorium door trechters, van binnen met filtreerpapier bekleed, of door zgn. Buchnerfilters op een afzuigkolf (fig. 3). In de techniek gebruikt men, behalve filters van de eerste groep, zulke van de tweede, gewoonlijk gemonteerd in filterpersen. Deze worden echter verdrongen door de roteerende, continu werkende, trommel- en schijffilters.
Lit.: G. Génin, La Filtration industrielle (Parijs, Dunod, 1934). Zernike.