Fara - huidige naam van een der tells, die de ruïnes bevatten van de oude, Soemerisch-Babylonische stad Sjoeroeppak, vermeld in het → Gilgamesj-epos. Archaeologische onderzoekingen werden hier het eerst gedaan (1900) door een Amer. expeditie (Harper, Haynes, Hilprecht, Peters), gevolgd door de meer uitgebreide, doch nog zeer onvolledige opgravingen van de Deutsche Orient Gesellschaft in 1902—1903 (Andrae, Koldewey e.a.), waarvan een duizendtal archaïstische, Soemerische teksten (gepubliceerd door A.
Deimel; zie lit.) in de musea van Berlijn en Constantinopel afkomstig zijn. Deze tabletten zijn van groot belang voor de Soemerische palaeographie.
De opgravingen zijn in 1931 hervat door de univ. van Pennsylvanië.Lit.: H. V. Hilprecht, The Excavations in Assyria and Babylonia (Philadelphia 1904); tekstuitg. van A. Deimel, in Wiss. Veröff. der DOG. 42 (1922), 43 (1923), 45 (1924); E. Heinrich en W. Andrae, Ergebnisse der Ausgrabungen der DOG in Fara und Abu Hatab 1902—1903 (Berlijn 1931).
Simons.