Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 25-07-2019

Eynde

betekenis & definitie

Eynde - 1° Hendrik Albert van den, Ned. beeldhouwer, * 29 Nov. 1869 te Haarlem. Aanvankelijk lijstenmaker; ving pas op 23-jarigen leeftijd met beeldhouwen aan, onder leiding van den beeldhouwer Stracké.

Begon met religieuze werken, grafmonumenten, enz. In 1916 noodigde bouwmeester Van der Mey hem uit het Scheepvaarthuis te Amsterdam met beeldhouwwerk te versieren.

Hij kreeg nadien nog belangrijke opdrachten.Ook in zijn wereldsche werken, die evenals zijn religieuze niet enkel optische waarneming weergeven, maar in min of meer gestijlde vormen psychische gewaarwording realiseeren, spreekt van den Eynde zijn Katholieke geloofsovertuiging uit.

Voorn. werken: vier Karyatide-figuren, symbolen van de vier wereldzeeën (hoofdingang Scheepvaarthuis); ornamenteele beelden aan het Chemisch Laboratorium, Delft (1920); id. aan het nieuwe postkantoor te Utrecht (1925); fries aan magazijn de Bijenkorf, Den Haag; versiering van een brug te Haarlem (Frans Hals en Lieven de Key); beeld van Erasmus aan het Gymnasium te Amsterdam; vlaggemast op voetstuk in Battery-Park te New York, geschenk van het Ned. volk aan deze stad, ter gelegenheid van haar 300-jarig bestaan (1926). Zeer bijzonder zijn monumentale, symbolische figuren aan voor- en achtergevel van het radiostation bij Apeldoorn, in gewapend beton (1921). Lit.: F. M. Huebner, Nieuwe Holl. beeldhouwkunst. Koomen.

2° Hubert van den, Belg. beeldhouwer te Antwerpen, ✝ 1661. Kreeg talrijke opdrachten voor religieuze beeldhouwwerken, waarvan nog vele in Antwerpsche kerken bewaard zijn.

Lit.: E. Marchal, La sculpture etc. beiges (1895).

3° Jan van den, Ned. kopergieter te Utrecht, ✝ vóór 1531. Voor de Jacobskerk te Utrecht maakte hij het groote koperen hek (nog aanwezig). Ook voor andere kerken te Utrecht belangrijke opdrachten.

Lit.: H. P. Coster, in Bull. Oudh. Bond (1909).

Schretlen.

4° Jacob van den, pensionaris van Delft; * te Delft, ✝ 12 Maart 1569 te Brussel. Volgde in Nov. 1560 Adriaan van der Goes op als advocaat van Holland. Ofschoon Katholiek gebleven (hij had in 1567 opnieuw den eed van trouw aan den koning afgelegd), werd v. d. E. als een der geestelijke leiders van de verzetbeweging in Maart 1568 gevankelijk van Den Haag naar Brussel gebracht. Hij stierf in de gevangenis. Twee jaren na zijn dood volgde vrijspraak.

Lit.: Meilink, De verdediging van Mr. J. v. d. E. voor den Raad van Beroerten, in : Bijdr. Meded. Hist. Gen. (XLV).

J. D. M. Cornelissen.

< >