Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 25-07-2019

Exorcisme

betekenis & definitie

Exorcisme - (Gr. exorkizein = bezweren), Christelijk (vgl. Act. 19. 13): duiveluitbanning, in strikten en in ruimen zin.

E. komen en kwamen voor bij alle volken, zij het in min of meer verbasterde vormen (➝ Magie), daar bij alle het geloof aan het bestaan van geesten bestaat. Zoo ook bij de Joden (Mt. 12. 27).

Christus dreef, als God, de duivels uit met gezag (Mc. 1. 25—27; Lc. 9. 43), welk gezag Hij overdroeg aan zijn leerlingen (Mt. 10.1. 8; Lc. 10. 17; Act. 16.18) en in het algemeen aan alle geloovigen (Mc. 16. 17) als een ➝ charisma, waarvan derhalve het gebruik niet onfeilbaar is, doch verband houdt met omstandigheden en persoonlijke gesteldheden (Mt. 17. 18—20). De e. bestaan deels uit handelingen, deels uit woorden.

Handelingen: vnl. beademing (➝ Exsufflatie; Insufflatie), handoplegging, kruisteeken (alle reeds in 2e eeuw); zalving, met ➝ catechumenen-olie (3e eeuw), wijwaterbesprenkeling (3e—5e eeuw), gebruik van gewijd (brood en) zout (3e—4e eeuw). Woorden: ofwel gebeden tot God (of tot heiligen), ofwel bevelen tegen den duivel; deels hadden zij in de 2e eeuw reeds vaste vormen aangenomen, deels bleven zij nog lang vrij, puttend bij voorkeur uit de H.

Schrift. De oudst bekende zijn de Doopexorcismen en enkele andere (olie); dan die van ➝ wijwater (water en zout); terwijl de formulen van de groote e. (Rom.

Rituaal t. XI, c. 2) dagteekenen deels uit de 8e, deels uit de 10e eeuw, deels (➝ Evangelie, 2°; Litanie; Psalmen) uit de verdere middeleeuwen.

Onderscheiden worden drie soorten van e.: 1° de bovengenoemde groote (waarvoor een uitdrukkelijke machtiging van den bisschop wordt vereischt, vlg. C.I.C. can. 1151, § 1), betreffende gevallen van ware ➝ bezetenheid.
2° De doopexorcismen, betreffende personen, die staan onder de heerschappij van den duivel.
3° De e. (steeds van een zegening vergezeld) van zaken: water, olie, medailles, enz., welke dan zelf weder als e. worden gebruikt van andere zaken en personen. Al deze e. hebben ten doel onttrekking aan de macht of den invloed van den duivel. ➝ Exorcist; ➝ Sacramentaliën (Liturgie der, sub 3°).

Lit.: The Cath. Encycl.; Lex. f. Theol. u. Kirche (beide met lit.-opgave).

< >