Evidentie - of klaarblijkelijkheid is een criterium of kenmerk, waardoor wij omtrent de waarheid van een oordeel zekerheid verkrijgen. Men onderscheidt innerlijke e., die rechtstreeks op het bevestigde oordeel zelf betrekking heeft, en uiterlijke, die betrekking heeft op het getuigenis van een ander, die ons een oordeel als waar en zeker voorhoudt. — De innerlijke e. heet objectief, wanneer het objectief bestaand verband der termen in het oordeel zich middellijk of onmiddellijk aan ons openbaart; subjectief, wanneer de waarheid van het oordeel helder wordt ingezien, hetzij dit wordt opgevat als natuurlijk gevolg van de objectieve openbaring van het innerlijk verband der termen, hetzij als vrucht van de subjectieve wetmatigheid van het denken.
Volgens Thomistische opvatting is de innerlijke objectieve evidentie het algemeen criterium van waarheid en zekerheid onzer kennis. — De uiterlijke e. geldt het bestaan van het getuigenis en de betrouwbaarheid van den getuige; zij doet ons een oordeel, waarvan het verband der termen ons niet innerlijk evident is, door een keuze van den wil als waar en zeker aannemen of gelooven.Lit.: J. Th. Beysens, Criteriologie (21911); F. Sassen, Waarheid en zekerheid (1934). F. Sassen.