Duitsch generaal der infanterie. * 9 April 1865 te Kruszewnia (Posen). Voerde in den Wereldoorlog tijdelijk het bevel over de voorste troepen voor Luik en drong 7 Aug. 1914 stoutmoedig in die vesting door. Van 22 Aug. 1914 tot 26 Oct. 1918 chef van Hindenburg’s staf.
Zijn wil om door te zetten gaf aanleiding tot zijn ontslag (26 Oct. 1918). Wilskrachtig, vol durf, groot organisator met helderen militairen blik, dreef hij Duitschland tot uiterste krachtsinspanning. Nam met Hitler deel aan een revolutiepoging (München, 9 Nov. 1923), van 1924-’28 Rijksdaglid.
Trachtte Hindenburg’s figuur neer te halen door hem de in den oorlog betoonde capaciteiten te ontzeggen. L. verliet de nationaal-socialistische beweging, toen hem geen leidende rol ten deel viel en verklaarde zich beslist anti-Christelijk en positief heiden. Propageert thans zijn heidensche rassenreligie, losstaande van de nieuwere religieuze stroomingen en wijt aan Joden, Vrijmetselaars en Jezuïeten Duitsclilands ongeluk.Antoni.