Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 25-07-2019

Entropie

betekenis & definitie

Entropie - grootheid in de warmteleer met de volgende beteekenis: men kan op oneindig veel wijzen een lichaam, dat in een bepaalden energietoestand A is, in een toestand B brengen. Doet men dit op omkeerbare wijze, dan kan men bewijzen, dat de som van de toegevoerde hoeveelheden warmte dQ, ieder gedeeld door de bijbehoorende absolute temperatuur T, in de limiet dus ∫ dQ, onafhankelijk van den weg is en dus alleen afhankelijk van begin- en eindtoestand (kringproces van Camot).

In navolging van Clausius noemt men het verschil ∫dQ tusschen A en B het verschil in entropie tusschen beide toestanden. Kent men nu de absolute waarde van de entropie (S) voor één toestand, dan is deze dus voor alle andere toestanden vastgelegd.

Voor een homogene phase is de entropie dan bekend, als twee van de grootheden p, v en T gegeven zijn. Uit het feit, dat ds dan een totale differentiaal moet zijn, leidt men een aantal belangrijke betrekkingen af.In de natuur zijn de meeste processen niet omkeerbaar: ze gaan dan gepaard met een toename van de entropie van het systeem. De natuur streeft naar een toestand met een maximum van entropie, in welken toestand geen arbeid meer verricht kan worden (warmtedood van het heelal, volgens Clausius). ➝ Dood van het heelal.

Boltzmann heeft in de kinetische gastheorie de entropie in verband gebracht met de waarschijnlijkheid van den toestand van het systeem: de entropie is evenredig met de logarithme van de waarschijnlijkheid. Dit beteekent, dat het streven van de natuur naar een toestand van maximum entropie overeenkomt met het streven naar een meest waarschijnlijken toestand.

J. v. Santen.

< >