Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 06-06-2019

Eneit

betekenis & definitie

hoofsche roman van Hendrik van Veldeke, bewerking, langs den Franschen Roman d’Eneas om, van Vergilius’ Eneide: gansch in den geest van de Christelijke ridderschap en van de hoofsche minnetheorieën. Langs de hoofdlijnen van Vergilius’ werk wordt de episode met Dido uitvoeriger behandeld en een nieuwe liefdesepisode met Lavinia ingeschakeld.

Nog ridderlijker, beheerschter dan het Fransch, maar breedsprakig, strevend naar zedelijkheid meer dan naar realiteit, zonder de eigenschappen van den echten kunstenaar. Omstreeks 1174 was het grootste deel klaar; toen werd den dichter het handschrift ontvreemd; eerst na 1184 kreeg hij het terug aan het hof van Thüringen.

Nu is het alleen in Hoogduitsche bewerkingen bewaard, al zal het wel, gelijk zijn Servaes, in het Limburgsch Oostnederfrankisch geschreven zijn. In de Duitsche literatuur begint de E. de nieuwe hoofsche kunst.Uitg.: O. Behaghel. — L i t.: bij Eilhart v. Oberge.

V. Mierlo.

< >