Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 06-06-2019

Emmius

betekenis & definitie

(Emme), Ubbo, Ned. geschiedschrijver; * 1547 te Greetsiel in O. Friesland (D.), ✝ 1625 te Groningen; studeerde in Emden, Bremen, Norden en Rostock,daarna te Genève, wordt dan rector der Latijnsche school en predikant te Norden (1579—1587; verdreven om zijn Calvinistische denkbeelden), te Leer (1587—1594; om dezelfde reden uitgeweken), aan de Sint-Maartensschool te Groningen; hier wordt hij in 1614 professor en eerste rector der hoogeschool.

E. is volbloed Fries, Humanist, vrij anti-Hollandsch en fel tegen de Remonstranten; groot vriend van stadhouder Willem Lodewijk. Hij heeft veel geschreven en vooral naam gemaakt als geschiedschrijver der Friezen.

Hoofdwerk: Historia rerum Frisicarum(Lugd. 1590-1616), een geschiedenis in 60 boeken van den heelen Frieschen stam tot 1564; met heel wat fabelen wordt er in afgerekend. E. en zijn werk worden zeer uiteenloopend beoordeeld.Lit.: Wumkes, Bodders yn de Fryske Striid (1926).

van der Meer.

< >