Gem. in de prov. Henegouwen, ten O. van Zinnik, aan de Sennette-rivier: opp. 927 ha; ca. 1 200 inw.
Landbouw; steengroeven; kalkovens. Historisch versterkt kasteel met belangwekkende omheiningsmuren en binnenversiering.
Bezienswaardige kerk uit de 15e eeuw o.a. met graftomben en mausoleum. V. Asbroeck Ecbasis Captivid.i. Vlucht van een gevangene, oudste dieren-epos, in Latijnsche hexameters, door een monnik van St. Evre in Lotharingen; ca. 930. Een kalf ontsnapt aan zijn stal, wordt door Wolf gevangen, die Egel en Otter uitnoodigt het mee te verslinden. Daar komt de kudde. Wolf wil zich verdedigen, vreest alleen Vos: en hij verhaalt de bekende Oostersche fabel van den zieken Leeuw, door Vos genezen, die hem de huid van Wolf had aangeraden. Daar verschijnt ook Vos. Wolf wordt gehangen, het kalf gered. Met veel Oostersch goed, maar ook wel Germaansch; met veel uitstalling van Klassieke geleerdheid. Ook voorbeeld van omramend gedicht (met verhaal in een ander verhaal).
Uitg.: van E. Voigt (1875). V. Mierlo Ecbatana Grieksche naam van de huidige stad Hamadan in Irak aan de grens van Perzië. Deze stad wordt het eerst vermeld door Tiglatpileser I (ca. 1100 v. Chr.) als „Amadana” en heet in oud-Perzische inschriften „Hagmatana” (= Verzamelpunt van Wegen). De oude stad, waarvan volgens Herodotus Dejokes de eerste hoofdstad van het rijk der Meden maakte, lag ten O. van het moderne Hamadan.
Volgens denzelfden schrijver was zij met zeven muren omringd. In het boek Judith (1.1—4) wordt verhaald, dat Arphaxad (→ Phraortes) E. (Hebr.: Achmetha) geweldig had versterkt. In 550 v. Chr. veroverde Cyrus de stad op Astyages. Hier was het, dat hij het edict uitvaardigde, door Darius in de archieven van E. teruggevonden, omtrent den wederopbouw van den tempel te Jerusalem (Esdr. 6. 2). Deze veel omstreden mededeeling der H.
Schrift is begrijpelijk uit het feit, dat E. sinds Cyrus een der residenties der Perzische koningen was geworden. Alexander de Groote, die de stad innam in 330 v. Chr., maakte er een belangrijke garnizoensstad van. Ruim 100 jaar later viel zij achtereenvolgens in handen van den Parthenkoning Arsaces III en van Antiochus den Grooten (209 v. Chr.). Naar Antiochus Epiphanes (175—164 v.
Chr.) werd E. later Epiphanes genoemd. Simons Johannes Eccard Duitsch componist; * 1553 te Mühlhausen (Thüringen), ✝ 1611 te Berlijn. E. was te München leerling van Orlandus Lassus, bekleedde aanzienlijke posten als kapelmeester te Augsburg en Koningsbergen, sedert 1608 als keurvorstelijk Brandenburgsch kapelmeester te Berlijn. Door den omvang van zijn wrerk geldt E. als een der grootste meesters van de Protestantsche kerkmuziek.
Lenaerts