1° Albert van, Vlaamsch schrijver; * 1885 te Grembergen, thans arts te St. Niklaas.
Schreef onder pseud. Berto van Kalderkerke over eerste ervaringen als geneesheer: Uit Donkere Dagen (1913).
In 1920 Uit Vreedzame Dagen. Het Glorielooze Lot (1923) herinnert aan zijn verblijf als arts in een sanatorium voor zieke soldaten onder den oorlog.
In 1933 Rietvelde, een sterke roman over de Scheldestreek. A. Boon2° Emmanuel Van, leeraar in het Ned. aan het Kon. Atheneum te Brussel, later inspecteur van den vrijzinnigen „Onderrichtsbond”, en politicus. * 1824 te Zele, ✝ 1897 te Elsene. Hij stond vooraan in den strijd om liet ontstaan en bestaan van het Vlaamsch tooneel te Brussel, alwaar hij, 3 Oct. 1875, beheerder werd van den eersten vasten schouwburg. V.D. leverde een groot aantal bekroonde maar bepaald minderwaardige drama’s en blijspelen.
Lit.: voor bibliographie, zie J. Bernaerts, Ons Nederlandseh Tooneelrepertorium (Brussel 1924). Godélaine Victor Driessens Geniaal acteur en bezieler van het ontluikend tooneelleven in Vlaanderen rond 1840 vlg. * 6 Mei 1820 te Rijsel, ✝ 4 April 1885 te Antwerpen. V.D. leidde veel befaamde acteurs (actrices) op. Hij schitterde uit door zijn gunstig physiek, zijn sterk realisme en suggestief mimiekspel. Vlaanderen richtte hem in 1903 te Antwerpen een standbeeld op.
Lit.: J. Persijn, Studiën en Lezingen (I en II Brussel); H. Coopman, Ontstaan en groei van een Nationaal Tooneel (Het Vlaamsch Tooneel III 1927).