Decretum - (Lat.), decreet, besluit of beslissing van de overheid; leerstelling van een wijsgeer.
Verder: beslissing van het kerkelijk gezag, meest van den H. Stoel, waardoor gewetensplicht ontstaat voor al de onderdanen van dengene, die het d. heeft uitgevaardigd. Het uitvaardigen van algemeene decreten is door Benedictus XV na het verschijnen van den C.I.C. beperkt (vgl. Motu Proprio vooraan in den C.I.C.). Ook concilies, bisschoppen in de synode, rechters kunnen decreten uitvaardigen. Decreten van rechters zijn uitspraken niet in den rechterlijken vorm over een bijkomende kwestie; zij laten geen beroep toe.
Drehmanns.
Decretum Gelasianum, →↓Gelasius I.
Decretum Gratiani, driedeelige systematische samenstelling van alle tot het midden der 12e eeuw uitgevaardigde canones, alg. Kerkelijke wetten in den vorm van een wetboek. Vervaardigd door Gratianus, monnik te Bologna ca. 1140. Oorspronkelijke naam: Concordia discordantium canonum, na Gratianus’ dood Decretum Gratiani.
In het voorwoord op den C.I.C. genoemd de grondslag van de canonistische studie. Heeft als wetboek enkel privaat gezag: iedere canon is van die waarde, die hij oorspronkelijk bezit. Veel canones valsch, overgenomen uit -→ pseudo-Isidorus.
Drehmanns.
Lit.: Lijdsman, Introductio in Ius Can. (II 1928); A. Van Hove, Comm. lovan., in Cod. iur. can. Prolegomena (1928).
Decretum horribile, een woord van Calvijn in verband met de leer der praedestinatie. Het is het besluit Gods, waarbij niet alle menschen in dezelfde conditie worden geschapen, maar de een krachtens Gods keuze voor het eeuwig leven, de ander voor de eeuwige verdoemenis wordt voorbestemd.Dit laatste aantal is volgens Calvijn zeer groot, waardoor het decreet nog schrikwekkender wordt.
Wachters.
Decretum senatus heette ieder artikel van een Romeinsch senaatsbesluit; het werd gevolgd door de letter C(ensuere) = de senatoren hebben verordend.