Chorea - (rondedans, reidans) beteekent zooveel als een danslied, vooral de Allemande (Chorea germanica bij M. Reymann, 1598) of de Pavane (B. de Drusina, 1556). De benaming komt het eerst voor bij Johannes de Grocheo (circa 1300) en Robert de Handlo (1326). ➝ Chorea-dans.
In de geneeskunde verstaat men onder C., genaamd naar de chorea Sancti Viti of St. Vitus-dans, een psychische infectie, welke van het begin der 13e eeuw (o.a. Rattenvanger van Hameln, 1259) tot in de 16e eeuw vooral in West-Duitschland woedde. Door de lijders werd St. Vitus (Sint Veit) ter genezing aangeroepen. Later onderscheidde men de chorea major, waartoe bovengenoemde hysterische danswoede wordt gerekend, en de chorea minor, welke door den Engelschen geneesheer Sydenham voor het eerst nauwkeurig werd beschreven, en die met de chorea major slechts den naam gemeen heeft.
Bij de chorea minor treden onwillekeurige, snelle, ongecoördineerde bewegingen in verschillende spieren of spiergroepen op, welke tijdens den slaap verminderen of ophouden, doch onder invloed van een affect toenemen. De ziekte treedt vooral op bij kinderen en vrouwen, zij gaat dikwijls gepaard met lichte psychische stoornissen en somtijds met een ontsteking van het hart en de gewrichten. De verwekker is, ondanks vele onderzoekingen, niet bekend. Choreatische bewegingen kunnen optreden bij verschillende aandoeningen der hersenen, o.a. ontsteking, bloeding, degeneratie.
Koenen.