Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 23-04-2019

Certificaatkeuring

betekenis & definitie

Certificaatkeuring - Sedert eenige tientallen van jaren keurt men in verschillende landen ten behoeve van den land- en tuinbouw zaaizaad en plantgoed, terwijl dit nog groeiende is, ten einde waarborgen omtrent de deugdelijkheid te kunnen geven. Bij den verkoop van dit gekeurde materiaal pleegt men een bewijsstuk (certificaat) te overleggen. Deze keuring heeft in hooge mate bijgedragen tot den goeden naam van de Ned. pootaardappelen, landbouwzaden en fruitboomen.

In Nederland gaan de keuringen uit van een landelijke organisatie: de Nederlandsche Algemeene Keuringsdienst, N.A.K. De keuringsvoorschriften van de N.A.K. geven aan, dat bij de keuring moet worden gelet op voornamelijk drie punten: de naamechtheid, de gezondheid en de afwezigheid van onkruiden. Bij fruitboomen bovendien op den onderstam der geënte boomen. Rietsema België. Een bijzondere dienst is sinds 1932 in België opgericht, met het doel de landbouwgewassen en hoofdzakelijk de aardappelen, in den zomer te velde, op stam, te onderzoeken, ten einde er de geschiktheid als plantgoed of zaaizaad voor verdere vermeerdering van vast te stellen. De goedgekeurde gewassen kunnen bij aflevering van het product van een keuringsgetuigschrift voorzien worden. De K.C.P. C.C.P., „Keuringscommissie voor plantaardappelen Commission de controle des plants de pommes de terre”, gevestigd te Brussel, bepaalt de normen, volgens dewelke gekeurd wordt, en aanvaardt de keurmeesters ; de keuring gebeurt in samenwerking met de landbouwvereenigingen.

< >