Cauer - 1° naam van een Duitsche kunstenaarsfamilie uit de 19e eeuw.
a) Emil de Oudere, beeldhouwer; * 1800 te Dresden, ✝ 1867 te Kreuznach. Leerde bij Rauch, genre-beelden (meestal groepen) en werken van historischen inhoud, waarvan enkele zeer goede, die op de Duitsche Hervorming betrekking hebben. Restaureerde voor het museum van Dresden antieke beelden.
b) Emil de Jongere, kleinzoon van Emil den Ouderen, beeldhouwer; * 1867 te Kreuznach, sinds 1888 woont hij in Berlijn. Fonteinen, standbeelden.
c) Karl, zoon van Emil den Ouderen, beeldhouwer; * 1828 te Bonn, ✝ 1886 te Kreuznach; leerde bij zijn vader en bij Rauch. Sterk geïnspireerd door beeldwerk uit de Grieksche bloeiperiode en het Hellenisme.
d) Ludwig, zoon van Karl, beeldhouwer; * 1866 te Kreuznach, nu professor aan de Berlijnsche academie. Leerde bij zijn vader. Diens antikiseerende invloed merkbaar in zijn fonteinen en monumenten.
e) Stanislaus, kleinzoon van Emil den Ouderen, beeldhouwer; * 1867 in Kreuznach, nu professor aan de Academie te Königsberg. Genre-werk, portretten (o.a. borstbeeld van Hindenburg), standbeelden. Knipping.
2° Paul, Klassiek philoloog, maar vooral paedagoog. * 1854 te Breslau, ✝ 1921 te Münster. In 1905 werd C. aangesteld tot Provinzialschulrat en Honorarprofessor te Münster. Buiten o.m. Grundfragen der Homerkritik (³1923), schreef hij Grammatica Militans (³1912), Palaestra Vitae (³1913) en Die Kunst des Uebersetzens (³1914), verhandelingen, waarin de in de studie der Oudheid aan te nemen houding wordt bepaald met het oog op jeugdvorming en leven.
V. Pottelbergh.