Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-04-2019

Capucinessen

betekenis & definitie

Capucinessen - 1° CapucinessenClarissen zijn een tak der Tweede Orde van St. Franciscus, volgen den eersten regel der H. Clara en gebruiken daarbij zoo ver mogelijk de constitutiën en de kleeding der Capucijnen.

Het doel van deze orde is: arm, streng en contemplatief leven. Ze is in 1538 door de Eerbiedwaardige Laurentia Longa te Napels gesticht. Weldra waren haar kloosters over geheel Italië verspreid; ook in Spanje, Frankrijk en Duitschland kreeg ze bloeiende nederzettingen. Na de Fr. Revolutie en andere vervolgingen der 19e eeuw, zijn de Capucinessen in die landen weer tot bloei gekomen.

Nu hebben ze 2 kloosters in Nederland: te Vaals (1902—1905 te Simpelveld) en te Duivendrecht (1919—1927 te Amsterdam). Eenige Capucinessenkloosters zijn afhankelijk van den min.-generaal der Capucijnen, de meeste echter van den bisschop van het diocees waar ze wonen. Ieder klooster staat op zich zelf onder een abdis, met eigen noviciaat; er zijn slotzusters en buitenzusters. Uit deze Orde kwamen voort: de H. Veronica Giuliani, de Z. M. Magdalena Martinengo en verscheidene Eerbiedwaardigen.

2° Capucinessen-Tertiarissen, met minder strenge observantie, kortweg Capucinessen genoemd. Het zijn leden der reguliere Derde Orde van St. Franciscus, door Capucijnen gesticht of hervormd, met constituties naar de constituties der Capucijnen samengesteld. Verscheidene kloosters dezer Capucinessen bestaan nog in Italië, Frankrijk, Duitschland en Spanje. Ze komen in de eerste helft der 17e eeuw al voor.

L i t. : Lex. Theol. u. Kirche (V 1933, 817); M. Heimbucher, Die Orden u. Kongregationen der Kath. Kirche (I 31933, 824). “p. Placidus.

< >