Romeinsch geschiedschrijver en biograaf. Leefde te Rome in de laatste tientallen jaren van de eerste en de eerste van de tweede eeuw n. Chr. Door den invloed van Plinius den Jongeren kreeg hij verschillende ambten onder keizer Trajanus en werd de secretaris van Hadrianus; totdat hij in ongenade viel.
Hij is vooral (en zeer) bekend als de levensbeschrijver van de eerste twaalf keizers, Caesar inbegrepen: De vita caesarum. Deze boekjes leveren ons in anecdotischen vorm tal van historische feiten; maar met den naam van „chronique scandaleuse” doet men hun zeker geen onrecht. Wij bezitten van hem bovendien een reeks kleine leventjes van grammatici en letterkundigen. St.
Hieronymus en andere chronographen hebben hem (tot ons voordeel) zeer rijkelijk benut. Slijpen.