Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-04-2019

Caillaux

betekenis & definitie

Caillaux - Joseph, Fransch staatsman, * 30 Maart 1863 te Le Mans. Sedert 1892 professor in de staathuishoudkunde; in 1898 tot radicaal kamerlid verkozen; minister van Financiën in de kabinetten Waldeck-Rousseau, Clémenceau en Monis; teekende als minister-president, sedert Juni 1911, met Duitschland het Marokko-Ivongo-Verdrag van 4 Nov. 1911.

Weer minister van Financiën in het kabinet Doumergue, gevormd in Dec. 1913. Op 14 Maart 1914 doodde zijn vrouw den directeur van den Figaro, Calmette, om haar echtgenoot te wreken over de persoonlijke aanvallen, waarvan hij het mikpunt was geweest in het dagblad; zij werd vrijgesproken.

Tijdens den Wereldoorlog ijverde Caillaux voor verstandhouding met Duitschland: beschuldigd van hoogverraad in Jan. 1918, werd hij echter vrijgesproken, maar uit Parijs verbannen. Minister van Financiën in het kabinet Painlevé 1925, trad hij af in October ten gevolge van de weigering van het kabinet zijn overeenkomst met de Yer. Staten over de oorlogsschulden te bekrachtigen; zijn overeenkomst met Churchill werd evenmin goedgekeurd.

Werken: L’Impôt sur le revenu (1910); Agadir, une politique d’extension (1919); Mes prisons (1920); Où va la France, où va l’Europe ? (1922) ; Ma Doctrine (1926). Cosemans.

< >