Buitenspelregel - een der moeilijkste regels in het hockey- en voetbalspel. De b. luidt: wanneer een speler den bal speelt, is ieder speler van dezelfde partij, die zich op het oogenblik van spelen dicht bij de tegenstanders-doellijn bevindt en zich met het spel of den tegenstander bemoeit, „buitenspel”, tenzij er zich op zulk een oogenblik van spelen ten minste twee (bij hockey drie) van zijn tegenstanders dichter bij hun eigen doellijn bevinden.
Een buitenspel staand speler mag den bal niet aanraken. Niet buitenspel is een speler bij het inwerpen, het nemen van een doel- of hoekschop, wanneer de bal het laatst door een tegenstander gespeeld is, of wanneer hij zich op eigen speelhelft bevindt.
“Olsthoorn.
”