Broeders en zusters van jesus - Maria, de moeder van Jesus, is altijd maagd gebleven. Degenen, die men broeders des Heeren noemt, zijn niet geboren uit Maria.
Dit is geloofspunt, gebaseerd op de H. Schrift en de Traditie. De H. Schrift spreekt echter over broeders en zusters van Jesus. Bij Mt. 13. 65, 66 (vgl. Mc. 6.3) vragen de inwoners van Nazareth: Is hij niet de zoon van den timmerman? Heet zijn moeder niet Maria en zijn broeders Jacobus en Joseph, Simon en Judas, en zijn zusters, leven zij niet allen in ons midden? De zusters worden nergens meer genoemd. Volgens Paulus (Gal. 1. 19) was de apostel Jacobus een broeder des Heeren.
Deze feiten zijn geen moeilijkheden voor het Katholieke dogma. Vele Oostersche talen kennen een collectieve aanduiding van bloedverwanten, welke wij ten onrechte met het te beperkte „broeder” weergeven. Moeilijker is aan te geven, welke verwantschap er bestond tusschen Jesus en de genoemde personen. De hypothese, dat zij voorkinderen waren van Joseph, wordt door de Katholieke auteurs niet meer gehouden. De evangelisten (Mt. 27. 66; Mc. 16. 40, 47; 16. 1; Lc. 24. 10) noemen onder de vrouwen, die Jesus volgden, een Maria, moeder van Jacobus en Joseph, waarschijnlijk de bovengenoemde. Het waren waarschijnlijk de kinderen van bloedverwanten van Maria of Joseph.
Dat Jesus genoemd wordt „de eerstgeborene” (Mt. 1. 25; Lc. 2. 7) bewijst niet, dat er nog meer kinderen waren. Het was een wettelijke naam, die gebruikt werd voor den eersten zoon, of er nog meer kinderen waren of niet. Ook de eenige zoon was „eerstgeborene”.
Lit.: A. Durand, L’Enfance de Jésus-Christ d’après les Evangiles canoniques (Parijs 1908, 219-276); Mader, Apostel und Herrenbrüder (1908, 393); G. de la Garenne, Le Problème des frères du Seigneur (Parijs 1928); Th. Zahn, Grundriss der Geschichte des Lebens Jesu (Leipzig 1928, 25). “C. Smits ”