Bristol - 1° Oude havenstad aan de Avon, graafschap Gloucester (Engeland, 51° 28' N., 2° 35' W.); 396 918 inw. (1931). Tot in de 18e eeuw na Londen de voornaamste havenstad, nu nog altijd de inen uitvoerhaven van Z.W. Engeland.
Scheepvaartverbindingen met W. Indië, Z. Amerika, Zwarte Zee en Ierland. Invoer van levensmiddelen (tabak, hout, zuidvruchten). Uitvoer weinig wegens het gemis van een industrieel achterland. Bristol heeft suiker-, tabaks-, chocolade-, zeep- en schoenenfabrieken, metaalindustrie. Beneden de stad stroomt de Avon door de Clifdonkloof, waarvan de oevers door een bekende hangende bmg op 76 m hoogte zijn verbonden. Voorhavens: Portishead en Avonmouth. “G. de Vries ”Bezienswaardigheden.
De kathedraal was oorspronkelijk een abdijkerk (door Robert Fitzhardinge gesticht). De oudste deelen in Anglo-Normandischen stijl zijn het kapittelhuis en de poort. De O. helft van de kerk werd door abt Knowle in vroeg „decorated-style” herbouwd (1325). Het middenschip werd in de 16e eeuw neergehaald, maar in den trant van abt Knowle’s boor door G. E. Street weer opgebouwd (1868—1888). De middentoren dateert van de laatste helft der 15e eeuw, de Westelijke toren en de daaronder staande gevel is modem. In het gebouw ontbreken triforia, de beuken zijn alle even hoog.
Belangrijk beeldhouwwerk vertoonen de kapiteelen van het koor. In vroeg-Gotischen Engelschen stijl is de met het koor verbonden Elder Lady Chapel (13e eeuw), achter het koor ligt de Lady Chapel met een raam van ca. 1320 (Jesseboora). In de sacristie bevindt zich nog een haard voor het hostiebakken. Buiten de Newton-chapel bevindt zich een sarcophaag-deksel, waarschijnlijk van Angelsaksischen oorprong, de nederdaling van Christus ter helle voorstellend. Uit de 13e eeuw is de St.Mary Redcliffe-kerk, door koningin Elisabeth geprezen als de schoonste dorpskerk van Engeland. Het „Museum and Art Gallery” bevat een Egyptische zaal, twee zalen voor locale oudheden en een verzameling schilderwerk, vnl. uit de 19e eeuw.
Lit.: Hutton, Bath and B. (1915). “Knipping ”Kanaal van Bristol, ook Verkeerde Kanaal, is een diep in het land doordringende zeearm, tusschen Devonshire (Engeland) en Wales. Het kanaal is bekend wegens zijn groote vervallen, speciaal bij springvloed, en zware getijstroomen. In het Noorden (springtij Smalls 6,4 m, Milford haven 6,6 m) is het verval kleiner dan in het Zuiden (Bude 7 m, Morte Bay 8,2 m). Meer naar binnen neemt de hoogte nog toe: Nashpoint 10,1 m, Bridgewater Bay 10,7 m, Cardiff 12 m, Weston Bay 11,3 m, Chepston 11,6 m. Op de in het kanaal uitmondende Severn loopt het springtij met een vloedgolf tot voorbij Gloucester op; bij deze stad vindt men nog een springhoogwater van 1,5 m. “Wissmann” 2° De naam van verschillende plaatsen in de V. S. van Amerika. Onder de voornaamste moeten worden vermeld:
a) B. in den staat Connecticut, sinds de 18e eeuw bekend om haar klokkenproductie; in 1930:28 461 inw.
b) B. gedeeltelijk in de staten Tennessee en Virginia gelegen, te midden van een prachtige bergstreek, rijk aan wouden en delfstoffen. De stad heeft een levendigen handel in hout en tabak, en verzendt boter, kaas en ijzer. De diverse industrieën hebben zich vooral op het grondgebied van Virginië neergezet. In 1930 bedroeg de totale bevolking 20 845 inw. “Polspoel”